20/12: Shanghai, het financiële en handelscentrum van China

Shanghai - letterlijk: boven zee - was ooit een dorp dat leefde van visserij en textiel. In 1735 was het uitgegroeid tot de belangrijkste haven in het Yangtze stroomgebied. Maar pas na het Verdrag van Nanking met Engeland (1842) werd het een havenstad met wereldwijde verbindingen. Later vestigden zich daar ook de Amerikanen en Fransen. En zo werd de Bund - ooit het jaagpad lang de de Huapung Rivier - de 'Wall Street' van het Oosten met vroeg-20e eeuwse neo-classistische en art-deco gebouwen aan een grootse promenade. Na de communistische revolutie verplaatsten de meeste buitenlandse bedrijven hun kantoren echter naar Hong Kong. Maar industrieel Shanghai produceerde gewoon door en was in het begin van de jaren '80 goed voor maar liefst 70% van de belastinginkomsten in China. Deng Xiaoping maakte in de jaren '90 een einde aan deze veel te hoge belastingdruk, introduceerde economische hervormingen, belastingherzieningen en gaf Shanghai de kans weer te groeien. Zoals op Pudong, het 'weiland' aan de overkant van de Huapung Rivier ter hoogte van de Bund. En dat was precies de plek waar we rond een uur of 5 in het Hyatt hotel een biertje hebben gedronken met een magistraal uitzicht vanaf de 91e verdieping. In het op één na hoogste gebouw van Shanghai dat in de volksmond ook wel 'de flessenopener' wordt genoemd, hoe toepasselijk.